Per 1 januari 2026 verandert er veel voor jeugdhulpaanbieders. De Eerste Kamer heeft ingestemd met de Wet verbetering beschikbaarheid jeugdzorg. Deze wet moet ervoor zorgen dat jeugdhulp en kinderbeschermingsmaatregelen altijd voldoende beschikbaar zijn – ook bij schaarste of complexe hulpvragen.
De afgelopen jaren stonden de jeugdzorgregio’s onder druk. Gemeenten hadden moeite om voor complexe zorgvragen voldoende en passende hulp te vinden. Een aantal signalen uit het veld leidde tot de nieuwe wet:
- Tekorten aan gespecialiseerde jeugdhulp, met lange wachttijden als gevolg.
- Kwetsbare organisatiestructuren bij sommige aanbieders, waardoor continuïteit van zorg in gevaar kwam.
- Onvoldoende samenwerking tussen gemeenten en aanbieders, wat zorgfragmentatie veroorzaakte.
- Gebrek aan transparantie in de financiële bedrijfsvoering van sommige instellingen.
Deze wet moet zorgen voor:
- Sterker en professioneler bestuur bij jeugdhulpaanbieders;
- Betere beschikbaarheid van jeugdhulp in elke regio;
- Meer toezicht en vroegsignalering door de Nederlandse Zorgautoriteit;
- Meer duidelijkheid en uniformiteit voor gemeenten en aanbieders.
Met deze maatregelen wil het kabinet de continuïteit, kwaliteit en betrouwbaarheid van jeugdhulp verbeteren, zodat jeugdigen sneller de hulp krijgen die ze nodig hebben – waar in Nederland ze ook wonen.
De Wet verbetering beschikbaarheid jeugdzorg treedt in werking op 1 januari 2026. Hieronder staan de belangrijkste veranderingen voor jeugdhulpaanbieders.
Interne toezichthouder
Jeugdhulpaanbieders die meer dan 10 jeugdhulpverleners met verblijf, of meer dan 25 jeugdhulpverleners zonder verblijf hebben, moeten een interne toezichthouder (orgaan) instellen. Deze toezichthouder houdt toezicht op het beleid en de bedrijfsvoering, is onafhankelijk van het bestuur / de bestuurder.
De interne toezichthouder bestaat uit ten minste drie natuurlijke personen die:
- voldoende onafhankelijk en kritisch kunnen functioneren;
- divers zijn qua achtergrond en deskundigheid;
- ten minste één lid bevatten met ervaring of deskundigheid in de jeugdhulp (bijv. een ouder, voormalig cliënt of jeugdprofessional).
De afspraken tussen bestuur en toezichthouder moeten schriftelijk worden vastgelegd. Nieuwe aanbieders krijgen zes maanden om aan deze eisen te voldoen.
Financiële bedrijfsvoering
Elke aanbieder moet:
- de financiële verantwoordelijkheden binnen de organisatie schriftelijk vastleggen;
- zorgen dat inkomsten, uitgaven en verplichtingen volledig traceerbaar zijn;
- de jeugdhulpactiviteiten financieel scheiden van eventuele andere activiteiten;
- zich houden aan regels over het gebruik van financiële derivaten (zoals rentecontracten), die nog via een ministeriële regeling worden vastgelegd.
Jaarverantwoording
Iedere aanbieder (behalve solistisch werkenden) moet jaarlijks:
- een jaarverantwoording opstellen,
- deze openbaar maken, en
- laten controleren door een registeraccountant of AA-accountant.
De jaarverantwoording moet niet alleen financiële gegevens bevatten, maar ook informatie over de bedrijfsvoering. De exacte invulling wordt nader bepaald in regelgeving.
Toezicht door de Nederlandse Zorgautoriteit
De NZa krijgt een belangrijke nieuwe rol in de jeugdzorg:
- Zij onderzoekt of het aanbod van jeugdhulp voldoende aansluit op de vraag.
- Zij signaleert vroegtijdig risico’s op tekorten of discontinuïteit in zorg.
- Zij houdt toezicht op naleving van de regels voor financiële bedrijfsvoering en jaarverantwoording.
Jeugdhulpaanbieders zijn verplicht om:
- relevante informatie aan te leveren aan de NZa;
- een melding te doen als de dienstverlening op korte termijn niet meer gecontinueerd kan worden;
- mee te werken aan onderzoek en advies van de NZa.
Bij overtreding kan de NZa boetes tot €500.000 opleggen of een last onder dwangsom instellen.
Overige verplichtingen
- Bij twijfel over de geldigheid van een Verklaring Omtrent Gedrag (VOG) door een toezichthouder moet binnen 10 weken een nieuwe VOG worden aangeleverd.
- Aanbieders moeten actief meewerken aan regionale samenwerking binnen de zogenoemde Jeugdregio’s.
- Er komt meer transparantie in gegevensuitwisseling tussen gemeenten, regio’s en aanbieders, zodat tekorten in de zorg eerder worden gesignaleerd.
Tot slot
Hoewel er op onderdelen nog nadere regels volgen via algemene maatregelen van bestuur, is het verstandig om nu al te starten met voorbereidingen.
Bureau Lagro ondersteunt zorgaanbieders bij:
- het inrichten van de interne toezichthouder;
- en het voldoen aan de nieuwe wettelijke verplichtingen.
Heb je vragen over deze wet of over wet- en regelgeving in het algemeen?
Mail ons gerust op kwaliteit@bureaulagro.nl – we denken graag met je mee!